|
Driedoornige stekelbaars |
Afgelopen week ben ik naar de Voer gegaan, hopend op beekforel. Vanaf station Eijsden is dit best te lopen, er zijn alleen heel weinig stekken en veel vis heb ik ook niet gezien. Bij het eerste brugje dat ik tegenkwam is een trapje. Daar heb ik het even geprobeerd met maden en piertjes. Ik ving vooral driedoornige stekelbaarzen, verder nog twee kleine baarsjes. Omdat ik verder ook niets zag zwemmen in het ondiepe beekje ben ik doorgelopen. De beek loopt bij veel huizen door de achtertuin, dus daar kon ik niet vissen. Bij het volgende brugje aangekomen zie ik meteen een schooltje vissen weg schrikken door mijn voetstappen. Ik gooi een keer in en krijg al snel een vrij harde ruk aan mijn hengel. Zou dit een forel zijn? In het smalle beekje maakt de vis weinig kans. Wanneer ik de vis op de kant heb zie ik dat het een
|
Serpeling |
serpeling is. Mijn vorig pr was een centimeter of acht, geen nieuwe soort, maar toch een record. Niet veel later komt er een man naar buiten, hij roept dat ik langs de vistrap zit te vissen. Dit was me niet opgevallen. Aan de andere kant van de brug is een watermolen, dus daar moet haast wel een vistrap zijn.
Ik houd er daarom maar mee op en zoek nog een uurtje of twee verder, door het gebrek aan goede stekken ben ik er maar mee opgehouden. Onder weg naar huis probeer ik vast te verzinnen waar ik de beekforel wel ga scoren. In de mail van Manolo stond dat er bij Meerssen plekken zijn waar ze wel vaker te vangen zijn. Dat ik ze vorige keer niet gezien heb wil niet zeggen dat ze er niet zitten..
Gisteren ben ik om 6:32 met de trein naar Meerssen gegaan. Deze keer ben ik vanaf het station de andere kant op gegaan. Daar een parkeerplaats op en door een bosje gelopen. Na een tijdje loopt het kleine paadje in het bos langs de Geul af. Daar ben ik in een binnenbocht gaan zitten. Deze keer met alleen drie knijploodjes en een haakje 12. De loodjes houden het aas onder water, maar de stroming zorgt ervoor dat het aas blijft zweven, vooral als het water hard stroomt is dit een fijne manier om je aas zwevend aan te bieden. Al snel krijg ik beten, of beter gezegd, harde knallen die ik niet verzilverd krijg. Tot vier, vijf keer toe. De volgende
|
Kopvoorn |
vis heeft minder geluk, een kopvoorn. Een paar centimeter groter dan mijn vorige record.
Op deze stek krijg ik nog wel vaker beet, maar vangen lukt niet meer. Ik zie wel af en toe de vis aan mijn haak, maar deze komen steeds weer weg. Ik vermoed dat het nog meer kopvoorns zijn. Ik besluit om toch het stuk aan de andere kant van het station te proberen. Omdat het vanochtend vroeg geregend heeft is het zandpaadje daar een glibberige modderpoel. Al glijdend loop ik langs de beek af, ondanks de regen is het water nog vrij helder. Ik gooi af en toe even uit op diepere plekjes. Na zo een paar honderd meter gelopen te hebben krijg ik een beetje. Een elrits, deze had ik vorige keer ook, maar ik vind ze nog steeds speciaal om te vangen. Knap dat hij het haakje 12 niet gezien heeft. Na een heel stuk wandelen zie ik grotere vissen door de beek racen, ze schieten meteen alle kanten op als ik in de buurt kom. Dat moet wel haast forel zijn! Ik gooi in met een stuk pier, maar ik zie ze niet meer. Ik wacht af terwijl ik rondkijk, na een paar keer een stukje lopen zie ik er weer één voorbij racen. Ik pak vlug mijn hengel en gooi precies in het kuiltje waar hij in weg is geschoten. Binnen een paar seconden krijg ik beet. De vis is misschien 25 centimeter, maar vliegt alle kanten op. Soms springt hij boven het water uit en komt dan bijna een meter verderop pas weer in het water. Na een kort gevecht til ik de vis uit het water... Yes! Gelukt! Wat een prachtige vis, alleen één borstvin is misvormd. Toch is dit misschien wel de mooiste vis die ik tot nu toe gevangen heb.
|
Beekforel - vissoort nummer 44 |